19-07-2025 LEMMER – De Europese Commissie heeft woensdag 16 juli de begrotingsvoorstellen voor de Europese Unie voor de periode 2027 tot 2034 gepresenteerd. Het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid wordt in dit voorstel ondergebracht in een nieuw samengesteld fonds met onder andere cohesiegelden en investeringsfondsen voor defensie. Daarmee krijgen landen zeggenschap over de nationale invulling van het Europese geld voor verschillende doeleinden. LTO Nederland ziet als risico dat dit tot een groot ongelijk speelveld voor boeren zal leiden als landen verschillende prioriteit leggen bij de besteding van landbouwgelden.
LTO voorziet een forse reductie in het landbouwbudget op Europees niveau, op grond van concepten die daar eerder over uitlekten. In de voorstellen wordt een minimumbedrag vastgesteld voor de gehele Europese begroting dat besteed moet worden aan landbouwmaatregelen.
Helder is dat dit bedrag aanzienlijk lager zal zijn dan de huidige landbouwbegroting. Individuele landen kunnen echter zelf kiezen hoeveel ze aan landbouw willen besteden en hoe ze dit in willen vullen. Voor directe betalingen aan boeren mogen landen variëren in welk budget ze per hectare willen betalen. Daarnaast kunnen lidstaten ook zelf bepalen hoeveel budget besteed wordt aan andere programma’s voor de landbouw, zoals betalingen voor jonge boeren of milieu- en klimaatmaatregelen.
De Europese Commissie stelt voor om afscheid te nemen van de twee bestaande pijlers van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid: directe betalingen en het plattelandsbeleid. Er blijft een verplichting om hectarepremies uit te betalen, maar de huidige eco-regelingen en het agrarisch natuurbeheer worden samengevoegd. Onder het nieuwe voorstel moeten lidstaten ook verplicht budget investeren in een aantal maatregelen, zoals betalingen voor jonge, kleine en biologische boeren, crisismaatregelen, en betalingen voor milieu en klimaat. De verdeling tussen deze betalingen blijft echter aan de landen zelf.
Deze ruimte, gecombineerd met een kleiner budget, zal betekenen dat er nóg meer verschil komt in de landbouwsubsidies tussen lidstaten, met een ongelijk speelveld voor boeren als gevolg, voorziet LTO. De hectaretoeslagen zullen meer toebedeeld moeten worden aan kleinere ondernemers. Hierdoor worden boeren met meer hectares gekort op betalingen, terwijl zij ook meer kosten moeten maken om aan de ontvangstvoorwaarden te voldoen.
LTO Nederland zet er maximaal op in om een ongelijk speelveld tussen lidstaten door de invulling van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid zo veel mogelijk te voorkomen. Daarnaast pleit LTO ervoor om de gelden zo veel mogelijk in te zetten voor programma’s die doelsturing stimuleren, en ondernemers helpen met innoveren en verduurzamen.