Ziekteverzuim en werkdruk in kinderopvang toegenomen na coronaperiode

08-02-2023 LEMMER – Een meerderheid van de werknemers in de kinderopvang vindt de werkdruk (zeer) hoog. In het tweede kwartaal van 2022 ging het om 61 procent. Dat is het hoogste percentage sinds het CBS dit in 2019 begon te meten.

Kort voordat de coronapandemie uitbrak vond ruim de helft van de werknemers in de kinderopvang de werkdruk al (zeer) hoog. In coronajaren 2020 en 2021 waren de kinderopvangcentra meermalen geheel of gedeeltelijk gesloten. Bij de metingen eind 2020 en halverwege 2021 was het percentage dat een (zeer) hoge werkdruk ervoer kleiner.

Vanaf eind 2021, tijdens de laatste maanden waarin coronamaatregelen van kracht waren, hadden steeds meer werknemers in de kinderopvang het gevoel dat ze onder (zeer) hoge druk moesten werken. In die periode nam het aantal openstaande vacatures toe en steeg de vacaturegraad (het aantal vacatures per duizend banen) in de kinderopvang.

Kwart kan genoeg aandacht geven aan de kinderen
Hoeveel aandacht werknemers kunnen geven aan de kinderen kan ook iets zeggen over de werkdruk. Ruim een kwart van de werknemers in de kinderopvang vond in het vierde kwartaal van 2021 dat die aandacht voldoende was. Dat was de laagste uitkomst voor deze enquêtevraag naar aandacht voor kinderen, patiënten of cliënten van alle branches in zorg en welzijn. Gemiddeld vond 38 procent van de werknemers uit de sector zorg en welzijn dat zij genoeg aandacht konden besteden aan hun cliënten.

Ziekteverzuim hoger na coronaperiode
In de kinderopvang was het ziekteverzuim in het derde kwartaal van 2022 met 7,3 procent hoger dan gemiddeld voor Nederland (5,0 procent), en ook hoger dan gemiddeld in de sector zorg en welzijn (7,1 procent).

Voor 2019 verzuimden werknemers in de kinderopvang doorgaans minder dan gemiddeld in de sector zorg en welzijn. Een uitzondering hierop was de periode tussen 2013 en 2015. Na de coronajaren 2020 en 2021 kwam het ziekteverzuim in de kinderopvang boven het gemiddelde van zorg en welzijn te liggen, met als uitschieter een verzuimpercentage van 10 in het eerste kwartaal van 2022.

Ruim twee derde van de werknemers tevreden met werk
Terwijl de ervaren werkdruk en het ziekteverzuim stegen tussen 2019 en 2022, nam in dezelfde periode de tevredenheid met het werk in de kinderopvang af. In het tweede kwartaal van 2019 was 78 procent (zeer) tevreden met het werk. Precies drie jaar later was dat 68 procent. In 2019 was dat gelijk aan het gemiddelde percentage voor zorg en welzijn, in 2022 lag het 5 procentpunt onder het gemiddelde voor de sector (73 procent).

Hoge waardering voor inhoud van het werk
Ondanks de daling van de algemene tevredenheid over het werk bleef de inhoud van het werk in de kinderopvang onverminderd hoog gewaardeerd. In alle door het CBS gemeten perioden waren ruim 9 op de 10 werknemers het er (helemaal) mee eens dat zij inhoudelijk leuk werk hadden. Ook het aandeel werknemers dat het werk erg zinvol vond, was in het vierde kwartaal van 2021 met 84 procent onverminderd hoog.

Het aandeel werknemers in de kinderopvang dat enthousiast is over de eigen baan bleef ook vrijwel gelijk, met 79 procent in 2019 en 77 procent eind 2021. Dat komt overeen met het gemiddelde aandeel van werknemers in de sector zorg en welzijn, in alle gemeten perioden rond de 79 procent.