Nog teveel ruimte voor marktpartijen, wettelijke minimumprijs is beter

29-06-2021 LEMMER – Supermarkten, slijterijen en online drankverkooppunten mogen vanaf 1 juli a.s. maximaal 25% korting geven op alcoholhoudende dranken. Stopt het stunten met drank nu?

Volgens Het Nederlands Instituut voor Alcoholbeleid STAP moet je de industrie niet onderschatten, de supers ook niet. Die weten heel goed hoe ze de liefhebbers van alcohol – en vooral de mensen die stevig drinken – op andere manieren kunnen verleiden.

In feite kunnen de verkopers en fabrikanten met die prijzen gaan marchanderen. Die maximale korting straks van 25% betreft de gewone prijs in de betreffende winkel. Maar dat is een prijs die de verkoper zelf mag bepalen. Dus kost een krat bier nu formeel € 16, dan kunnen ze daar straks € 12 van maken. En gaan ze daarop korten. En dan betaalt de consument toch uiteindelijk weer een veel lagere prijs.

De NVWA heeft er structureel negen voltijds medewerkers bij gekregen om toezicht te houden op de uitvoering van enkele nieuwe bepalingen van de Alcoholwet. Zij gaan het verbod op stuntprijzen handhaven binnen de detailhandel, aanbiedingen checken op internet, in de folders. Bij een goede handhaving zie je of die nieuwe wet effect sorteert. Maar het kan hier niet bij blijven. Je geeft partijen die veel belang hebben bij een hoge omzet, nog teveel ruimte om met die prijzen iets uit te halen.

Het Nederlands Instituut voor Alcoholbeleid STAP voor een minimale bierprijs, zoals in Schotland, Wales, delen van Australië. Wettelijk vastleggen dus wat de consument minimaal moet betalen voor bier en wijn. Het instituut is zomaar tegen drank, wel voor een beperking van de gezondheidsrisico’s van alcohol. Dan is een prijsafspraak essentieel.